Constans
340-350

Keizer Constans, ook bekend als Flavius Iulius Constans, was een keizer van het Romeinse Rijk van 337 tot zijn dood in 350 na Christus. Hij was de jongste zoon van Constantijn de Grote en zijn vrouw Fausta, en werd geboren in 320 na Christus. Zijn broers waren Constantijn II en Constantius II. Na de dood van Constantijn de Grote in 337 na Christus, werd het rijk verdeeld onder zijn drie zonen. Constans kreeg de controle over het westelijke deel van het rijk, waaronder Italië, Spanje, Gallië en Brittannië. Hij was pas 17 jaar oud toen hij keizer werd, en hoewel hij aanvankelijk onder toezicht stond van zijn oudere broers, was hij vastbesloten om zijn eigen macht te vestigen.

Tijdens zijn bewind stond Constans bekend om zijn militaire campagnes en zijn inspanningen om de grenzen van het rijk te verdedigen. Hij voerde verschillende campagnes tegen de Franken en andere Germaanse stammen die de grenzen van het rijk bedreigden. In 340 na Christus versloeg hij de Sarmaten, een nomadisch volk uit Centraal-Azië, en veroverde hij hun hoofdstad Sirmium. Constans was ook actief in de bouw van verschillende openbare werken en monumenten. Hij bouwde bijvoorbeeld de basiliek van Sint-Pieter in Rome en liet verschillende aquaducten en wegen bouwen om de infrastructuur van het rijk te verbeteren. Hij was een toegewijd christen en moedigde de bouw van christelijke kerken en kloosters aan.

Ondanks zijn successen als militair leider en bouwer, was Constans niet populair bij zijn onderdanen. Hij stond bekend om zijn wreedheid en willekeurige beslissingen, en er waren verschillende opstanden tegen zijn bewind. In 350 na Christus brak er een opstand uit in de provincie Africa. Constans reageerde door met een leger naar Africa te trekken, maar tijdens de reis werd hij verraden en vermoord door een van zijn eigen officieren, Magnentius. De dood van Constans leidde tot een burgeroorlog tussen Magnentius en zijn broer Constantius II, die op dat moment de controle had over het oostelijke deel van het rijk. De oorlog duurde drie jaar en resulteerde uiteindelijk in de overwinning van Constantius II. Magnentius pleegde zelfmoord en Constantius II kreeg de controle over het hele rijk.

Hoewel zijn bewind kort was, wordt Constans nog steeds herinnerd als een belangrijke keizer van het Romeinse Rijk. Hij was een ervaren militair leider en een toegewijd christen die belangrijke stappen zette om het christendom te bevorderen en te verspreiden. Zijn inspanningen om de grenzen van het rijk te verdedigen en de infrastructuur te verbeteren, droegen bij aan de stabiliteit en het succes van het rijk tijdens zijn bewind. Aan de andere kant was Constans ook berucht om zijn wreedheid en willekeurige beslissingen, en zijn reputatie leed daaronder. Hij werd beschuldigd van het martelen en executeren van mensen zonder goede reden, en er waren verschillende opstanden tegen zijn bewind.

Een van de bekendste opstanden vond plaats in 341 na Christus in Rome, waar de bevolking in opstand kwam tegen Constans’ hoge belastingen en wrede overheersing. Constans reageerde met harde hand en liet de opstandelingen hardhandig neerslaan. De stad werd geplunderd en veel mensen werden gedood. De reputatie van Constans als een wreed en onrechtvaardig heerser werd hierdoor alleen maar versterkt.

Ondanks zijn reputatie had Constans ook positieve kanten. Zo was hij een toegewijd christen en steunde hij de bouw van kerken en kloosters. Hij liet bijvoorbeeld de Basilica di San Giovanni in Laterano in Rome bouwen, die nog steeds een van de belangrijkste kerken van de stad is. Hij was ook een beschermheer van de bisschoppen en steunde het christendom als staatsgodsdienst van het Romeinse Rijk.

Na zijn dood werd Constans opgevolgd door zijn oudere broer Constantius II, die de controle over het hele rijk overnam.